De pols is een complex gewricht dat essentieel is voor het uitvoeren van dagelijkse activiteiten en het beoefenen van sporten. Helaas zijn polsproblemen veelvoorkomend en kunnen ze verschillende oorzaken hebben, variërend van overbelasting tot anatomische afwijkingen. Laten we eens kijken naar twee veelvoorkomende polsaandoeningen, namelijk het Ganglion en het carpaal tunnel syndroom, en hun bijbehorende behandelingen.
Ganglion aan de pols
Een ganglion aan de pols is een veelvoorkomende polsaandoening die wordt gekenmerkt door een cyste die zich ontwikkelt nabij het polsgewricht of de peesschede. Het ganglion ontstaat meestal als gevolg van overbelasting of irritatie van het polsgewricht, waardoor een zakje gevuld met vloeistof ontstaat.
Hoe herken ik een ganglion aan de pols? En wat zijn mogelijke behandelingen?
Symptomen van een ganglion zijn onder meer een zichtbare bobbel of bult aan de pols, soms met pijn of ongemak bij beweging. Behandelingen voor een ganglion kunnen conservatief of invasief zijn, afhankelijk van de ernst van de symptomen. Conservatieve behandelingen omvatten het aanbrengen van een spalk om de pols te immobiliseren, het vermijden van activiteiten die de symptomen verergeren, het gebruik van pijnstillers en het proberen leeg te laten lopen van het ganglion door middel van aspiratie. In sommige gevallen kan een operatie nodig zijn om het ganglion volledig te verwijderen, vooral als het pijnlijk is of als conservatieve behandelingen niet effectief zijn gebleken.
Carpaal Tunnel Syndroom (CTS)
Het carpaal tunnel syndroom is een aandoening die optreedt wanneer de mediane zenuw, die door de carpale tunnel in de pols loopt, wordt samengedrukt of bekneld raakt. Dit kan leiden tot symptomen zoals pijn, tintelingen, gevoelloosheid en zwakte in de hand en vingers. Risicofactoren voor het ontwikkelen van het carpaal tunnel syndroom zijn onder meer repetitieve bewegingen van de hand en pols, zwangerschap, artritis en anatomische factoren zoals een smalle carpale tunnel.
Behandelingen voor carpaal tunnel syndroom
Behandelingen voor het carpaal tunnel syndroom kunnen conservatief of chirurgisch zijn, afhankelijk van de ernst van de symptomen en de duur van de aandoening. Conservatieve behandelingen omvatten het dragen van een polsbrace om de pols in een neutrale positie te houden, het vermijden van activiteiten die de symptomen verergeren, het gebruik van ontstekingsremmende medicijnen en fysiotherapie om de spierkracht en flexibiliteit te verbeteren. In ernstige gevallen, waar conservatieve behandelingen niet effectief zijn gebleken, kan een carpaal tunnel syndroom operatie, ook wel carpaal tunnel release genoemd, worden uitgevoerd om de druk op de mediane zenuw te verlichten en symptomen te verlichten.